Het kind uit de kosmos groeit op in de wereld van het woord.
In het Drieluik van de schaarste maakt ze kennis met economische namen.
Vandaag het rechter (tweede) luik.
| Knipstrakke tuin |
Hij predikt in jargonne zinnen
en weet precies wat hij zegt.
Aan al wat hij ziet, wil hij winnen
Zegt: ‘d’ economie bestaat echt!’
De mensen, zij zien hem vaak in eh
programma’s waar uit wordt gelegd:
bezuinigen moet voor wie in de
toekomst ook aan zijn geld is gehecht.
Hij praat niet in plussen maar minnen,
zegt: ‘zo komt er niets van terecht.
We moeten echt veel minder pinnen.
Geldkraan dicht! dat meen ik oprecht’.
Tussen nota’s en bonnen achter zijn raam
valt hij haast om door wat hij plots ziet:
zijn enige narcis gaat er juist aan!
Hij haast zich naar buiten en schreeuwt: stomme griet!
Blijf er af met je vingers, laat staan
Dat is mijn laatste, zie je dat niet?
Maar het is reeds geschied, het kwaad al gedaan
Hij kermt: ‘zo gaan we zeker failliet’,
En het meisje, zij wil daarvandaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Reacties zijn welkom. Corresponderen over de inhoud van de berichten op deze blog doe ik niet.