Het verzinsel van de ziel
vond ik al nergens over gaan
toen God en Zijn Zoon Jezus
nog leefden voor mij.
Hang hem op,
de loze, lege bel,
de ziel
aan iets.
Virtuele gewaarwording,
constant subject
van wat ik zie
in de spiegel.
Ga ik dood,
ligt daar die rommel;
ben ik die verzameling
lichaamsdelen niet meer.
Niemand weet
wat met mij is gebeurd.
Ik?
Opgehouden te bestaan
als verzameling vormen
die zichzelf in de spiegel
bekijken kan
en denken:
dat ben ik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Reacties zijn welkom. Corresponderen over de inhoud van de berichten op deze blog doe ik niet.